NO.4
THE AFRICAN LUXURY MAGAZINE
Spring/Summer 2020

Reisverslag van John Pieterse.

Als Zuid-Afrika de wereld is in één land, doelend op de grote verscheidenheid aan landschappen en biosferen dan is Zimbabwe het land van de vriendelijkste mensen. Na alle Afrika reizen die we ooit maakten is dat toch wel wat mij het meeste aanspreekt en bijblijft. Die mensen. Zo open, vrolijk en oprecht. En dat ondanks alles wat zij hebben en nog zullen moeten doorstaan. I’m a dreamer klinkt het liedje in mijn achterhoofd.

Bij African Luxury maken wij er een gewoonte van om onze bestemmingen regelmatig zelf te bezoeken maar vanwege ene meneer Mugabe hebben we Zimbabwe een lange tijd links laten liggen. Nu Mugabe van het toneel is verdwenen en de kans zich voordeed om aan te sluiten bij een klein groepje collega’s uit Zwitserland en Duitsland heb ik niet lang na hoeven denken. Bovendien regende het in Nederland al bijna 2 weken onafgebroken aan een stuk.

This is africa

Er zijn geen rechtstreekse vluchten naar Harare, de hoofdstad van Zimbabwe dus moet je via Johannesburg. Hou je niet van haasten en krappe overstaptijden dan vertrek je net als ik een dag eerder en boek je een hotel op de luchthaven van Johannesburg. De volgende dag reis je dan door naar Harare of Bulawayo. Voor Zimbabwe heb je overigens wel een visum nodig dat je ter plaatse kunt aanschaffen. Een KaZa visum is dan de beste optie.
“My first time in Zimbabwe” sprak ik opgetogen tegen de douanebeambte. “You are most welcome” zei hij en gaf onderwijl mijn paspoort terug. Als je een KaZa visum wilt moet je in die andere rij gaan staan. Mijn reisgenote en ik keken elkaar verbaasd aan en riepen in koor: “T.I.A.” (this is Africa). Ja zo gaat dat dan. Misschien niet erg efficiënt but hey: wie kan het wat schelen? Als je pech hebt sta je op Schiphol tegenwoordig in een soort marathonloop achtige startvakken voordat je mag doorschuifellen naar de automatische paspoortcontrole. Eenmaal weer buiten steken we schuin de straat over naar de vertrekhal voor binnenlandse vluchten, alwaar buiten op de tarmac een klein lichtgewicht toestel op ons staat te wachten.

Elke nadeel heb ze voordeel

Onze eerste bestemming: Bumi Hills. Een lodge met een fenomenaal uitzicht over het Kariba meer en met een verkoelend zwembad. De grens van Zimbabwe en Zambia loopt dwars door het stuwmeer dat is bedoeld om het land van stroom te voorzien. We praten hier over een meer dat over het langste punt gemeten, 240 kilometer lang is en op het breedste punt meer dan 30 kilometer breed. De lodge ligt tegen een heuvel. Hangend met beide armen over de rand van het zwembad dwaalt je blik over het uitgestrekte meer en over de groene oevers onder je. Buffels, antilopen en olifanten sjokken loom voorbij. Het is november dus is het warm. En stil. Wacht. Hoor je dat? Het hoge geluid van de Afrikaanse visarenden is niet te missen. Veel reisaanvragen gaan over een safari met aan het eind een paar dagen luieren aan een lekker strand. Zimbabwe grenst niet aan zee en heeft dus ook geen strand maar als je aan het einde van je vakantie een paar dagen wil uitslapen, wil genieten van onovertroffen Afrikaanse gastvrijheid met af en toe een boottochtje over het meer of een bezoek aan het nabijgelegen Tonga dorp of nu eindelijk eens je literatuurlijst gelezen wilt hebben. Nou dan is Bumi ‘Arschbombe’ Hills een prima plek om je safari mee af te sluiten.

Van de lodge is het maar een klein stukje naar de airstrip. Madison, onze gids van de afgelopen dagen doet ons uitgeleide. We zijn onderweg naar Mana Pools. Een nationaal park langs de oevers van de Zambezi rivier op drie kwartier vliegen van Bumi Hills en in de categorie wild-wilder-wildst. Het eerste wat we zien kort nadat we zijn geland is een flink aantal prachtige vogeltjes, huppend en kwetterend over de grond. Lilian’s Lovebirds zegt Tavengwa, onze gids. Een dwergpapegaai. Kijk daarom ga ik nooit op safari zonder een verrekijker. “Elk nadeel heb ze voordeel”, zei Johan. Zoals gezegd is het warm. De mensen, de natuur, terra Africana, alles is gort en gortdroog. Mana Pools. Nee. Zimbabwe. Nee ook niet. Namibië, Botswana, de Karoo, Zimbabwe alles bidt om een beetje regen. De wereld is ongelijk verdeeld. Waar wij teveel van hebben komen ze daar tekort. Ik denk niet dat het met global warming te maken heeft. De mensen hier leven van en dankzij de natuur en die zeggen dat de droogte van alle tijden is. De jaren van extremen anno nu weten ze tot ver in het verleden feilloos te benoemen. Maar al het vreten is op. De herbivoren zijn er niet best aan toe. De olifanten, buffels en zelfs de hippo’s zijn sterk vermagerd. Maar wat of waar zit het voordeel? De Nyamatusi pride. Een troep leeuwen ter grote van een klein leger heeft in de vroege ochtend, recht voor de gelijknamige Nyamatusi lodge vlakbij de rivier niet één maar drie buffels te grazen genomen. De natuur is meedogenloos en echt waar, de letterlijke vertaling van Nyamatusi is ‘meer vlees’.

Hwange Nationaal Park

We trekken verder en vliegen in de richting van de Victoria Watervallen maar stoppen eerst voor een verblijf van een paar dagen in Somalisa Camp dat ligt in Hwange Nationaal Park. ‘Wangie’ zeggen de Amerikanen maar je spreekt het uit als ‘Wangêh’. Dit park is bijna 15.000 vierkante kilometer groot. Dat kun je je toch niet voorstellen. Trek even een denkbeeldige lijn van Rotterdam naar Nijmegen. Alles wat zich onder deze lijn bevindt past in Hwange Nationaal Park. En het landschap in Brabant, Limburg en omgeving Rotterdam verschilt natuurlijk enorm. Precies. Je raadt het al. Dat is in Hwange dus ook zo en daarom adviseren wij om minstens twee nachten te blijven in het noordelijk deel en minimaal evenzoveel nachten in het zuidelijk deel of Southern Wilderness Area zoals het hier heet. Wij verbleven in Somalisa Camp dat haar naam dankt aan de nabij gelegen Masumamalisa Pan. Een mooi en gezellig kamp waar je ’s avonds gezamenlijk rond de mooi gedekte eettafel zit. Na het heerlijke diner dat Philani, de chef-kok voor ons heeft gekookt zitten we gezellig te keuvelen rond het kampvuur. Hout in overvloed. Nikki, de manager van Somalisa en afkomstig uit de hoofdstad vertelde dat ze 10 jaar geleden is begonnen als schoonmaakster publieke ruimten bij Holiday Inn in Harare. Door interne opleidingen en cursussen is ze gekomen waar ze nu is. De baas van het spul hier in Somalisa Camp. Fucking Hell Lady. I’am impressed.

In een land waar de overheid het op alle fronten laat afweten moet je voor jezelf en de jouwen zorgen en dat heb je toch maar mooi voor elkaar. Dik dik dik respect voor jou Nikki. Er is ook een downside want tweeëneenhalve maand geleden was je voor het laatst bij je familie. Ik maak haar een compliment en dan zegt ze dat zij en haar team enorm haar best doet om in de buurt te komen van onze westerse standaarden maar dat ze nog een lange weg te gaan heeft. Ik zeg wáááááát. Okay. Even terugspoelen dat bandje. Dus jij denkt dat……..”Ja maar we werken er hard aan” probeert ze nog. Nikki luister even naar mij. Als je op restaurant etiquette en menuleer let zoals ik die ooit heb meegekregen van de heer Thijs en de heer Schoenmaker, ja dan is er misschien het een en ander vatbaar voor verbetering maar daar gaat het niet om. Het gaat om de gastvrijheid die jullie uitstralen, dat heerlijke en oprechte warme gevoel. Dat gevoel dat niets jullie teveel is. Dat jullie alles doen om het ons naar de zin te maken en op een manier die soms tot tranen toe kan ontroeren. Daar gaat het om en dat lieve Nikki, die kunst verstaan jullie als geen ander. Kom nou met je nog een lange weg te gaan. Die service van jullie daar kunnen wij van leren. Niet janken zeg ik tegen mezelf. Toch weer die mensen hè.

Morgen weer naar huis

And now, the end is near. Yes Old Blue Eyes maar we hebben nog een nachtje tegoed in aan de Zambiaanse kant van de Victoria Watervallen. Om er te komen moeten er wat grensformaliteiten worden doorlopen. De gids zet je voor de deur af. Hokje in, hokje uit, stempeltje zus, stempeltje zo. Aan de andere kant staat onze Zambiaanse driver enthousiast te zwaaien. Alles top geregeld. Na een halfuurtje zijn we bij de lodge. The Thorntree Lodge. Als je binnenkomt is het overweldigend schitterende uitzicht over de Zambezi rivier het eerste wat opvalt. Die view kun je haast niet vangen met een camera. Je moet het gewoon zelf ervaren. De tafel is al gedekt voor de lunch en net als we willen beginnen breekt de hemel open. Praise the Lord. Wat een plensbui. Ik gebaar de wolken richting Hwange en Mana Pools maar na drie kwartier is het alweer voorbij. Onze gids, type Bob Marley neemt ons mee voor een boottocht over de Zambezi rivier. Behendig navigeert hij tussen de ondieptes en stroomversnellingen door. Mijn gedachten dwalen af. Stomme plaatjes in de Nederlandse media. Al dat stromende water in de Zambezi rivier – een half uur varen stroomopwaarts van de Victoria Watervallen – verdampt niet zomaar hoor. Morgen weer naar huis. Ik wil niet. Africa, I’ve got you under my skin.

Deze studiereis was georganiseerd door African Bush Camps. De lodges waar we hebben gelogeerd zijn:

  • Bumi Hills, Lake Kariba (Zimbabwe)
  • Nyamatusi Lodge, Mana Pools Nationaal Park (Zimbabwe)
  • Somalisa Camp, Hwange Nationaal Park (Zimbabwe)
  • Thorntree Lodge, Mosi oa Tunda Nationaal Park (Zambia)

Bekijk ook: Drie Landen Safari

De Drie Landen Safari gaat van Zuid-Afrika naar Zambia of Zimbabwe en Botswana. Van het bruisende Kaapstad naar de bulderende Victoria watervallen met tussendoor, de droom van iedere safari liefhebber, een meerdaags verblijf in het Kruger Nationaal Park en Chobe Nationaal Park.

Highlights: Kaapstad, Victoria watervallen, Zambezi rivier, Chobe NP (Botswana) en meer
Prijs v.a.: € 7.250,- p.p.

BEKIJK REIS